Workplace Innovation as Regional Development

Sociale Innovatie voor Regionale ontwikkeling

Workplace innovation as Regional Development

            (Sociale innovatie als regionale ontwikkeling)

2004 – Dit hoofdstuk (in het boek van Fricke et al., zie referentie) stelt dat workplace innovation (Sociale innovatie) het product is van complexe sociale interacties, niet alleen binnen de organisatie, maar ook tussen de organisatie en haar bredere groep belanghebbenden. Bovendien hebben de uitkomsten van dergelijke interacties economische en sociale gevolgen die tot ver buiten de grenzen van de individuele organisatie reiken.

Met name de regionale setting waarin de organisatie functioneert, fungeert als een toegangspoort tot kennis en middelen die sociale innovatie kunnen inspireren en ondersteunen. Net zo kan sociale innovatie, door haar impact op het concurrentievermogen en de werkgelegenheid, een groot effect hebben op de economische en sociale omstandigheden in de regio. Toch speelt in veel delen van Europa expliciete steun voor sociale innovatie geen rol in het regionaal ontwikkelingsbeleid.

Maar zoals uit andere hoofdstukken in dit boek blijkt, regionale actoren zoals universiteiten, intermediaire organisaties en vakbonden kunnen een cruciale rol spelen bij het creëren van de voorwaarden voor duurzame innovatie op de werkplek. En, zoals later in dit hoofdstuk zal blijken, veranderingen in het patroon van de werkorganisatie beïnvloeden zowel het vermogen van Europa en zijn regio’s om te concurreren op de steeds volatielere wereldmarkten, als het vermogen van openbare diensten om aan de hogere verwachtingen van de burgers te voldoen. Het ontwerp van de werkorganisatie heeft echter ook een aanzienlijke impact op een veel breder scala aan factoren.

Bijvoorbeeld:

  • Nieuwe vormen van werkorganisatie kunnen een directe invloed hebben op de gezondheid op het werk omdat ze in staat zijn om repetitief en stressvol werk te verminderen. Dat is zowel in het belang van de organisatie als van de (regionale) arbeidsmarkt en samenleving.
  • Nieuwe vormen van werkorganisatie en hun potentieel om de kwaliteit van het beroepsleven te verbeteren, moeten een sleutelrol spelen in het beleid gericht op duurzame inzetbaarheid, onder meer noodzakelijk in verband met de vergrijzing.
  • Werknemers die ervaring hebben met nieuwe vormen van arbeidsorganisatie hebben veel meer kans om de vaardigheden te verwerven die nodig zijn op de arbeidsmarkt van de toekomst: werken in teams, probleemoplossing en communicatieve vaardigheden. Dat verhoogt hun duurzame en flexibele inzetbaarheid en voorkomt uitsluiting op de arbeidsmarkt en sociaal. Een flexibele beroepsbevolking draagt daarenboven bij aan het realiseren van de EU doelstellingen om in staat te zijn te reageren op veranderlijke economische omstandigheden.

De auteurs stellen dat werkorganisatie een onderbenutte hulpbron blijft voor Europese beleidsmakers en sociale partners. Dit is een gemiste kans om in heel Europa concurrerende en sociaal inclusieve regio’s op te bouwen.

De schrijvers zetten verder de ‘High road’ naar workplace innovation uiteen. Dat is geen uitgestippelde weg. De high road, een strategie gebaseerd op duurzame innovatie staat tegenover strategieën die gebaseerd zijn op korte termijn kosten-gedreven motieven.

Referentie

Totterdill, P. and Hague, J. (2004) workplace innovation as regional development. In: Fricke, W. and Totterdill, P. (Eds), Action research in workplace innovation and regional development. (pp. 43 – 79) Amsterdam: John Benjamins.

 

Thema’s: Sociale Innovatie, Externe samenwerking

Sector: n.v.t.

Bron Artikel