Innovative Workplaces. Making better use of skills within organisations

2010 – Innovatie is een belangrijke motor voor economische groei. Waar de modellen voor innovatie  eerder vooral gericht waren op Research & Development, is er de laatste tijd een verschuiving waar te nemen richting andere belangrijke factoren voor innovatie. Het rapport van de OECD levert een bijdrage aan dit bredere debat door te wijzen op het belang van de arbeidsorganisatie en de lerende organisatie en medewerker. 

De lerende organisatie in de literatuur
In de literatuur wordt geen eenduidige definitie van de lerende organisatie gehanteerd. Er kan echter wel een aantal algemene kenmerken worden benoemd. Lerende organisaties zijn organisaties die kunnen veranderen en blijven concurreren door te leren. Een lerende organisatie gebruikt managementtools die het leren bevorderen op zowel individueel niveau als op het niveau van de organisatie.

Onderzoekers kijken naar de onderlinge verhouding tussen individueel gedrag, team opbouw, organisatie structuur en cultuur en met name de cultuur met betrekking tot leren in een organisatie. Een grote groep onderzoekers houdt zich tevens bezig met personeelsbeleid dat het leren in een organisatie moet bevorderen.

In het rapport wordt door de OECD de volgende definitie gebruikt: ‘Een lerende organisatie is een organisatie waarbij een hoog niveau van autonomie in het werk wordt gecombineerd met een hoog niveau van leren, probleem oplossen en taakcomplexiteit’.  

Onderzoek in Europa
In europa is een grote variatie aan vormen van arbeidsorganisatie en vormen van leren. Resultaten van onderzoek laten zien dat in landen waar het werk zo is georganiseerd dat medewerkers een hoge mate van autonomie hebben bij het oplossen van complexe problemen, bedrijven meer gebruik maken van interne innovatie. In landen waar dit niet het geval is, zijn bedrijven vooral afhankelijk van andere leveranciers van innovatie.

De resultaten suggereren dat het beter kan zijn om te investeren in lerende arbeidsorganisaties dan te proberen om de investeringen in R&D te verhogen om innovatie door Europese bedrijven te stimuleren. Met name omdat het niveau van R&D investeringen sterk afhankelijk is van de industriële structuur van een land en daarom moeilijk te veranderen. 

Organisatiestructuur en personeelsbeleid
Bij het ontwerpen van een organisatie hebben ondernemers te maken met een trade-off tussen structuur en innovatie. Innovatie moet duurzaam zijn en veranderingen mogen de structuur van een organisatie niet bedreigen, terwijl de organisatie tegelijkertijd flexibel wil zijn.

Naast de structuur van een organisatie zijn ook personeelsbeleid en informatiemanagement belangrijk. Door training en Multi-inzetbaarheid kan worden voorkomen dat medewerkers zich verzetten tegen innovatie omdat ze bang zijn dat hun vaardigheden daarna niet meer nodig zijn. Verder is het belangrijk dat de balans tussen inspanning en beloning in tact blijft en  er openheid is over het beloningsbeleid om het vertouwen te bevorderen.  

Nationaal beleid
Onderzoeksresultaten laten tevens zien dat de manier waarop het werk wordt georganiseerd sterk afhankelijk is van de arbeidsmarkt en het arbeidsmarktbeleid van een land, zoals werkloosheidsuitkeringen en wat er gedaan wordt om werklozen weer aan het werk te krijgen. In beleid gericht op innovatie moet hier dus ook rekening mee gehouden worden naast meer aandacht voor de arbeidsorganisatie. Verschillende landen hebben beleid om innovatieve arbeidsplaatsen te bevorderen. Er zijn arbeidsplaats ontwikkelingstrajecten die zich richten op productiviteit en kwaliteit van arbeid. En er zijn kennis- en leernetwerken.

Bronverwijzing
Het volledige rapport: Innovative Workplaces. Making better use of skills within organisations (2010) van de OECD is opgenomen in de bijlage.

Keywords: innovatie en innovatievermogen, internationaal