Nota Arbeidsvoorwaarden 2017. Wendbaar en Duurzaam

2017 – VNO-NCW, MKB-Nederland en AWVN brachten in januari 2017 de ‘Nota Arbeidsvoorwaarden 2017; Wendbaar en duurzaam’ uit. De werkgevers hebben drie speerpunten: 1) productievere werkenden, 2) wendbare organisaties en 3) passend loonbeleid.
De context waarin de onderhandelingen plaatsvinden is er een van economisch herstel in 2017 maar er zijn diverse onzekerheden mondiaal en nationaal, daarom pleiten de werkgevers voor toekomstbestendigheid van de afspraken. Dat zijn: gematigde stijging van de contractlonen, afspraken over duurzame inzetbaarheid, medewerker afhankelijke afspraken in plaats van leeftijdsafhankelijke en regie in eigen loopbaan.

Productieve werkenden
Gepleit wordt voor een individuele focus in het vitaliteitsbeleid. Daar horen bij: een scholingsbudget, meer sectorale faciliteiten en het opnemen van de koppeling van transitievergoedingen aan een leerbudget in sociaal-plannen. Beloningen zouden meer aan prestatie en ontwikkeling moeten worden gekoppeld dan aan de duur van het dienstverband.

Wendbaarheid vergroten
De wendbaarheid van ondernemingen en werkenden zou moeten worden vergroot door werktijden, werkweken en vrije dagen aan te passen; door verandering van toeslagen voor onregelmatig werken en door in te spelen op pieken en dalen of verandering van het dag-venster; door interne roulatie en flexibiliteit. Flexibilisering is belangrijk voor bedrijven, maar om de onzekerheid voor de werkenden te beperken zou – onder voorwaarden – het aantal nul-uren contracten beperkt moeten blijven en flex-werkers meer toegang moeten krijgen tot scholingsfaciliteiten.
Over de contractvoorwaarden voor ZZP-ers willen de werkgevers geen afspraken maken in de cao’s.

Passend loonbeleid
Het adagium is en blijft: loonruimte bestaat niet maar moet worden gecreëerd. Wat mogelijk is, is zeer afhankelijk van de omstandigheden. Daarom moet er ruimte zijn voor ‘decentraal mee-ademen’. Door afspraken te maken over beloning op basis van individuele productiviteit en inspanning voor duurzaam inzetbaar blijven, ontstaat een beloningssysteem dat ondernemend gedrag van de werkende stimuleert.

Overige aandachtpunten
Overige aandachtspunten zijn: het wettelijk minimum jeugdloon, afspraken over de transitie-vergoeding, de participatiewet, dispensatie en transitieprocedure, loondoorbetaling bij ziekte en pensioen.

 
2016 – de Nota Arbeidsvoorwaarden 2016 van deze werkgeversorganisaties heette ‘Verder met vernieuwen’. Uitgangspunten waren 1) de cao ‘generatieproof’ maken en 2) eigen verantwoordelijkheid en regie voor de werknemer voor zijn/haar loopbaan.
Vernieuwing is geen versobering maar betekent ombouwen van ontziemaatregelen naar stimulansen voor ontplooiing en ontwikkeling en afspraken over meer zeggenschap en flexibiliteit in tijd en plaats van werken. Ook wordt gepleit voor vernieuwing van het cao-proces: meer onderhandelen op basis van een gedeelde visie op de toekomst van de onderneming of branche en experimenten met enquêtes en een interactief cao-platform. Er moet ook meer ruimte gelaten worden voor invulling op lager niveau.
Er moet gestreefd worden naar meer diversiteit op de werkvloer, ook uitvoering gevend aan het doelgroepenbeleid waarover afspraken zijn gemaakt in het  Sociaal Akkoord. Gepleit wordt voor het opnemen van minimum tarieven voor ZZP-ers en beperking van externe flexibiliteit.

 

Referentie
VNO-NCW / MKB-Nederland / AWVN, ‘Nota arbeidsvoorwaarden 2016Verder met vernieuwen’. 11 januari 2016.
VNO-NCW, MKB-Nederland, AWVN, ‘Nota arbeidsvoorwaarden 2017. Wendbaar en duurzaam’. Januari 2017.