Dossier Sociale Innovatie. Een arbokennisdossier

Dossier Sociale Innovatie,

Een arbokennisdossier

 
2013 – In dit ‘arbokennisdossier’ wordt toegelicht wat onder sociale innovatie wordt verstaan en wat de betekenis hiervan is voor Arbo-professionals.

Sociale innovatie, betekenis en belang
Na een verkenning van de historie van het begrip en van de diverse definities die worden gehanteerd, sluit het dossier aan bij de definitie van het NCSI. Die luidt: ‘Sociale innovatie is een vernieuwing van de arbeidsorganisatie en arbeidsrelaties die leidt tot verbeterde prestatie van de organisatie en ontplooiing van talenten’.
Sociale innovatie is een noodzakelijk complement van technische innovatie, beide zijn nodig om op een humane wijze productiviteit te verhogen en daarmee uiteindelijk de welvaart te waarborgen. Daarnaast zorgt sociale innovatie voor verbetering van de kwaliteit van de arbeid en dat draagt bij aan duurzame inzetbaarheid van werknemers.

Relatie met Arbo-risico’s en -thema’s
Sociale innovatie is een andere categorie dan een arbo-risico, maar als uit een RIE blijkt dat er risico’s zijn voor psychosociale arbeidsbelasting of sociale veiligheid, dan is het zinvol om met het management en de ondernemingsraad in gesprek te gaan over sociaal innovatieve maatregelen. Sociale innovatie kan als oplossingsmogelijkheid betrokken worden bij Werkdruk, Pesten, Seksuele Intimidatie en Agressie en Geweld, waarover arbokennisdossiers bestaan (zie arbokennisnet). Als thema is sociale innovatie verwant aan de thema’s: Bevlogenheid, Het Nieuwe Werken, Leidinggeven en Duurzame inzetbaarheid, waarover ook kennisdossiers bestaan.  

Meten?
Verwezen wordt naar twee monitorinstrumenten: de Erasmus Concurrentie en Innovatie Monitor en de Werkgevers Enquête (WEA) van TNO. In de eerder genoemde kennisdossiers worden meetinstrumenten voor deelaspecten besproken.

Mogelijke interventies
De totstandkoming van Arbocatalogi wordt beschreven als sociaal innovatief proces omdat sociale partners op sectorniveau vastleggen welke maatregelen getroffen moeten worden om aan de doelbepalingen van de Arbowet te voldoen.
Andere interventies om sociale innovatie te bevorderen en te faciliteren worden beschreven in vier rubrieken: strategische oriëntatie, product- markt verbeteringen, slimmer organiseren en flexibel werken.
Een strategische oriëntatie betekent dat de missie van de organisatie leidend is, er een cultuur van vertrouwen wordt gecreëerd, de communicatie transparant is en sprake is van interne en externe co-creatie. 
Gezamenlijk zou men zich regelmatig moeten afvragen op welke doelgroepen de organisatie zich zou moeten richten en welke markten bediend zouden kunnen worden.
De interne organisatie kan wellicht slimmer (effectiever, efficiënter en prettiger voor werknemers) worden door het doorbreken van de traditionele arbeidsdeling, het stroomlijnen van processen en het creëren van volledige functies en teams, toepassen van slimme techniek en job crafting. De leiding van de organisatie zou creativiteit moeten stimuleren.
Bij flexibel werken gaat het om brede inzetbaarheid in functie en tijd en om goede arbeidsvoorwaardelijke afspraken daarover, maatwerk in arbeidsrelaties.
De bedrijfsarts en de bedrijfsgezondheidszorg kunnen sociale innovatie bij de klantorganisatie ondersteunen vooral waar het gaat om structurele oplossingen voor eerder genoemde risico’s voor psychosociale arbeidsbelasting, arbeidsveiligheid en duurzame inzetbaarheid. 

Rechten en plichten
Het dossier verwijst ten eerste naar het Burgerlijk Wetboek 7 waarin staat dat werkgever en werknemer verplicht zijn zich als een goed werkgever en een goed werknemer te gedragen. Artikelen 11 en 12 van de Arbowet zijn daarvan uitwerkingen en bepalen nader het gevraagde gedrag en de samenwerking tussen werkgever en ondernemingsraad. De Wet op de Ondernemingsraad bepaalt in art. 27 en 28 het inspraak- en het overleg- en initiatiefrecht van de OR op o.a. de beleidsterreinen arbeidsorganisatie en arbeidsrelaties.

Praktijkvoorbeelden
In het slothoofdstuk worden enkele praktijkvoorbeelden beschreven: Job crafting bij SABIC. Buurtzorg Nederland met zelfsturende wijkteams en Koekjesbakkerij Veldt. Daarnaast worden voorbeelden gegeven van hoe vanuit de bedrijfsgezondheidszorg ondersteuning kan worden gegeven aan sociale innovatie bij de klantorganisatie. Een voorbeeld is het KPI-gesprek over Kansen en Problemen voor Inzetbaarheid en een tweede gesprek over: Kansen en Plannen voor Inzetbaarheid. ‘Nabuurschap’ is een ander voorbeeld. Hierbij gaat het om samenwerking tussen organisaties (management en OR) om flexibel en lokaal te beschikken over meer aangepast werk. Voorts worden besproken: het 4-Venstermodel en de KRIE, waarbij het gaat om naast Risico’s Kansen te inventariseren. Bij ‘betere’teams, tenslote gaat het om een positieve vorm van intervisie in teams. Het doel daarbij is een beter inzicht krijgen in de onderscheidende kwaliteiten van medewerkers, waardoor het team zelf een betere logische inzet kan vinden voor diverse taken en opdrachten.

 
Referentie
Le Blanc, Pascale; Loo, Monique; Janssen. Sophie. juli 2013. ‘Dossier Sociale Innovatie’.  te downloaden via: https://www.arbokennisnet.nl/images/dynamic/Dossiers/Sociale_innovatie/D_Socialeinnovatie.pdf

 

Thema’s: Duurzame inzetbaarheid, Flexibel Organiseren, het Nieuwe Werken, Slimmer werken, Sociale innovatie
Sector: n.v.t.
Bron: Beleidsnotitie